Helmert Woudenberg speelt Carmiggelt
Op de zeedijk stond 's morgens een man van een jaar of vijftig op het bruggetje en staarde in het water. 'Daar gáát weer een dooie hond,' zei hij. 'Die drijven hier veel. Vieze stad. Een móóie stad, hoor. Maar vies. Mooi en vies.' Hij keek weer in de gracht en begon zachtjes te neuriën: 'Mooi en vies, mooi en vies, mooi en vies, pomperdepom....' Carmiggelt
Nu, meer dan veertig jaren na Carmiggelts dood, blijkt dat de tijd dit oeuvre niet heeft aangetast. Integendeel: zijn scherpe blik, zijn interesse in het menselijk onvermogen en zijn beeldende taal tillen zijn verhalen moeiteloos over de jaren heen. Tegelijk spreekt er uit zijn verhalen een mentaliteit die vandaag de dag niet meer op die manier lijkt te bestaan en dat voelt als een gemis: een grote rust en een overvloed aan tijd, maar vooral een vanzelfsprekend mededogen met buitenstaanders en mensen waar iets mee is.
In Carmiggelt speelt Helmert Woudenberg een aantal grappige maar ook droefgeestige gebeurtenissen en kleurrijke maar ook ontroerende personages… Voor ouderen een nostalgisch weerzien, voor jongeren ongetwijfeld een prettige kennismaking met een tijd dat er nog lustig door iedereen werd gerookt en een glas bier een gulden kostte.
Humor met een melancholieke ondertoon